Het is 2016. Mijn neef Sjaak is ernstig ziek. Er is geen kans meer op verbetering. Iedereen in de familie heeft het er moeilijk mee. Ik ook. Ik wil iets voor hem doen en besluit een portret van hem te maken. Voor het portret heb ik foto’s nodig. Ik mag hem op zijn kamer in de hospice fotograferen. In een woonwijk op de bovenste verdieping van een oude villa neemt hij plaats op een stoel. Het is stil en we kijken uit op een weelderige tuin. Terwijl hij zit kijk ik door de lens van mijn camera en zoek zijn ogen op. Ik zie verdriet, wanhoop en verlatenheid, maar ook aanvaarding, rust en kalmte. Van zijn blik gaat een openheid en een directheid uit die me diep raken. De bedoeling was dat ik aan de hand van een foto een tekening zou maken. Sjaak zou het nog te zien krijgen, maar ik aarzelde. Ik vond de foto te confronterend. Uiteindelijk is het er niet van gekomen, want kort erna overleed hij.
In 2022 begin ik alsnog aan het portret. Door mijn techniek, het zetten van eindeloos veel stippen met kleurpotlood, kom ik in een verhoogde staat van concentratie terecht. Stip na stip na stip rijst hij op uit de dood. Sjaak krijgt kleur, wordt levendig. Bij de afronding is hij weer helemaal terug in mijn leven en hoor ik zelfs zijn stem: M-O-N-I-C-A!
Mijn man, schrijver en journalist Ferry Wieringa schreef in 2016 een verhaal over ons Bezoek aan neef Sjaak gepubliceerd in ‘Issoria’, een tijdschrift over leven en loslaten.
In 2023 is de tekening genomineerd voor De Nederlandse Portretprijs en ook nog eens opgenomen in het boek ‘Missen als een ronde vorm’ van schrijfster en curator Hanne Hagenaars.
Neef Sjaak (70 x 50 cm), kleurpotlood op papier.